donderdag 5 mei 2022

Vakantie, wat is dat?

 Deze week is het weer zover: vakantie, de laatste week vrij voor het staartje naar de zomervakantie toe. 

Vroeger was ik niet zo goed in vakantie vieren. De eerste paar dagen waren oké, maar na een paar dagen had ik alweer behoefte aan school, of in ieder geval, aan de routine. Terwijl de jaren voorbij vlogen, vulde ik de vakanties steevast met van alles en nogwat: werken in de horeca of supermarkt, hoofdvak voorbereiden en vooral héél véél huiswerk. Natuurlijk keek ik tussendoor ook wel een film of een serie en ook bakte ik heel wat af. Tijd voor vrienden en vriendinnen was er ook. Maar na de vakantie was ik meestal alweer toe aan vakantie, met andere woorden: uitgerust was ik meestal niet. 

Maar wat verstaan we nou eigenlijk onder vakantie? Hoe lang duurt een 'vakantie', en waar moet dat plaats vinden? Als ik op google zoek naar 'vakantie betekenis' kom ik tot tenenkrommende antwoorden. 'Aantal vrije dagen achter elkaar', 'een verblijf buiten de eigen woonomgeving voor ontspanning of plezier met minstens één overnachting buitenshuis', 'recreatie waarbij je minstens vier nachten buiten de eigen woonplaats verblijft'.

In mijn huidige leven zou dat dus niet passen. Ik werk élke maandagochtend, donderdagmiddag en vrijdagochtend (en daarnaast geef ik natuurlijk ook nog saxofoolessen, maar die gaan niet door in de vakantie). Maar toch ervaar ik 'vakantie', al is het maar voor even. Vakantie is voor mij namelijk een periode van minuten of uren waarin ik precies helemaal níks hoef, en waarin mijn gevoel mag gaan vertellen wat ik ga doen. Denk aan wandelen, puzzelen, serie/film kijken of saxofoon spelen. Maar zodra er druk achter komt van mezelf ('ik móét oefenen voor het WMC, de puzzel móét af voor morgen), is de vakantie abrupt voorbij. 

Voor de meivakantie had ik besloten om het schoolwerk te beperken tot de weekenden. In het weekend er tegen aan voor school, en gewoon 5 hele dagen van alles doen en vooral ook niets doen, wat niks met school te maken heeft (of nouja, bijna niks). Dus tot nu toe heb ik gewerkt, opgeruimd, wasjes gedraaid, een film gekeken, serie gekeken, eindeloos op facebook/instagram/tiktok gescrold, geprobeerd een boek te lezen, een tijdschrift gelezen, gepuzzeld en gegamed. 

Vanochtend reed ik naar Noordlaren toe, om vanaf daar richting het Noordlaarderbos te lopen. De heenweg gaf mij al een vakantiegevoel opzich: wegen die ik niet kende, huizen waar je alleen maar van kan dromen en stukken open land: ik kan daar intens van genieten. Daarna liep ik naar het bos toe, en onderweg voelde ik mij intens gelukkig. Wat was het een heerlijk gevoel om één te zijn met de natuur. Normaliter wandel ik in de stad altijd met een koptelefoon met muziek op, maar dat heb ik nu niet gedaan. Ik werd getrakteerd op een heerlijk vogelconcert in het bos, en kwam lange tijd niemand tegen. In plaats van gejaagd te lopen (want moet nog 'zoveel' doen) nam ik de tijd om alles in mij op te nemen: de bloei van de bomen, struiken en planten, het gefluit van de vogels, een enkele vlinder die voorbij vloog en de krakende grond onder mijn voeten. Het voelde echt even alsof ik in het buitenland was. 

Het vakantie gevoel was er, niet voor een periode van dagen, maar voor een tijdsbestek van enkele uren. Enkele uren pure ontspanning (door inspanning), één worden met jezelf en genieten van de natuur. Meer heb ik niet nodig voor een vakantie.